
In het boekje 'Spannende Soepen' van het Zuivelbureau staan er een aantal die me erg lekker lijken. Eerder maakte ik uit dit boekje ook al Londonderrysoep, een van de favorieten van Lief.
Al bladerend door het boekje zag ik een bekende uit het verleden voorbij komen. In mijn Wageningse studententijd was Carnavalssoep een van de favorieten van een huisgenoot van me. Grappig om dat via zo'n omweg weer tegen te komen, en daarom ook meteen een goede kandidaat voor Soep-Donderdag.
Volgens het officiele recept:
Een rode, gele en groene paprika
2 bosjes lente-uitjes
2 aardappelen
50 gr boter
50 gr bloem
2 tl kerriepoeder
2 l vleesbouillon
2 blikjes cocktailworstjes
1/8 l creme fraiche
Ik heb de hoeveelheden gehalveerd en omdat ik de creme fraiche vergeten was heb ik een deel van de bouillon vervangen door volle melk.
De aardappeltjes, het wit van de lente-uitjes en de paprika's fijn snipperen en even aanfruiten in de boter. De bloem en kerrie erdoor roeren en even laten pruttelen. Dan in scheuten de bouillon (en in mijn geval melk) erdoorheen. De cocktailworstjes erdoor roeren en even goed mee laten warmen. Dan de creme fraiche en het in ringetjes gesneden groen van de lente-uitjes.
Overigens mag de hoeveelheid kerrie wel wat opgevoerd, maar dat is volgens mij ook afhankelijk van hoe pittig je kerrie precies is.
Ik moet eerlijk bekennen dat Lief niet zo gecharmeerd was van de soep. Hij vond de blokjes aardappel een onplezierig mondgevoel geven en heeft uiteindelijk voornamelijk de worstjes uit zijn soep gevist. Gelukkig hadden we ook broodjes erbij, dus hij is nog net niet verhongerd.